De naam “Zwarte Piet” heeft meer dan één bron. Deze naam is afgeleid van het Duitse spel “Schwarzer Peter”. De naam “Schwarzer Peter” behoort tot de overvaller Johann Peter Petri (1752-1812), een belangrijke handlanger van de misdadiger Johannes Bückler (1779-1803), die Schinderhannes (Hans van de Vilder) is genoemd, omdat zijn opa vilder van dierenhuiden is geweest. Het spel “Schwarzer Peter” houdt onder andere in dat de verliezer van kaartspel “Zwarte Pieten”, de schoppenboer overhoudt. De speler met deze kaart krijgt de opdracht voor een traktatie te zorgen of moet het gezicht zwart maken. Hier komt de uitdrukking “iemand de Zwarte Piet toespelen” vandaan. Het kaartspel is ontstaan in het begin van de 19e eeuw.
De naam Zwarte Piet wordt ook opgemerkt in een prentenboek uit 1868.
De kleur van Zwarte Piet is zwart. Kinderen wordt verteld dat dit komt door het roet van het door de schoorsteen gaan. Voor hen zijn roet en schoorsteen essentieel in de mythe van Zwarte Piet. De kern van het zwart zijn van Zwarte Piet ligt bij zijn afkomst, als afstammeling van de duivel en dit volgens de Germaanse wortels.
De metgezel van Sinterklaas heeft in de 19e eeuw de naam “knecht”, hetgeen heel gewoon is in die tijd, want medewerkers in een bedrijf waren knechten. In 1833 wordt gesproken van de knecht van Sinterklaas en deze heeft de naam “Pietermanknecht”, dat lijkt op “Pieter-me-knecht”. Het is een kroesharige neger en hij draagt een grote korf, waarin cadeautjes liggen. Deze knecht heeft geen roe bij zich, maar kent wel een bestraffende rol. Sinterklaas wijst de kinderen op een zedelijk gedrag.
De zwarte metgezel van Sinterklaas heeft als doel een schrikreactie teweeg te brengen. Deze zwarte man is een boeman. Na vele jaren wordt hij een meer menselijke verschijning. De afzichtelijke figuur verdwijnt langzaam uit beeld.
Geplaatst: 9 mei 2021
Laatst gewijzigd: 16 december 2024