In Nederland komen zwart vermomde figuren voor en dit al in de 18e eeuw. Zij hebben kettingen, zak en roe bij zich en maken kinderen bang.
Bij Sint-Nicolaas is Zwarte Klaas knecht geweest in Nederland en Vlaanderen. Van origine als duivel en daardoor is hij de tegenkracht van de witte Sint-Nicolaas. In de tijd van de Reformatie is het verboden dat Sint-Nicolaas zich vertoont. Soms laat Zwarte Klaas dan van zich spreken. Zwarte Klaas, die een zwarte huidskleur heeft, neemt dan het heft in handen en gedraagt zich als een angstaanjagende boeman, die dreigt en straft het kwade, maar beloont het goede. Zwarte Klaas beoogt kinderen en belaagt jonge vrouwen. Hij rammelt met een ketting, zoals ook de duivel doet, dreigt met een roe om te slaan en heeft een zak bij. Zwarte Klaas tikt op de ruiten en bonst op deuren. Later wordt gesproken van Zwarte Piet in plaats van Zwarte Klaas. Zowel de benaming Zwarte Klaas als die van Zwarte Piet zijn bijnamen voor de duivel. Sint-Nicolaas heeft dus duivelse begeleiders en deze zijn pikzwart, zoals Krampus in Midden-Europa.
Ongeveer vanaf het jaar 1800 verdwijnt de boeman Zwarte Klaas langzaam uit beeld en rond 1850 is hij verdwenen. De maatschappij is veranderd en bangmakerij wordt als niet erg passend gezien. Sprookjes, met fantasiefiguren, bieden plaats om te griezelen. De metgezellen van Sint-Nicolaas kleuren deze verandering en worden voor velen sprookjesfiguren.
De metgezel van Sint-Nicolaas komt sinds 1825 voor en neemt het boeman zijn over van Zwarte Klaas. Hierdoor wordt de Sint een meer waardige bisschop.
Geplaatst: 9 mei 2021
Laatst gewijzigd: 17 september 2023
~~~